Tijdens ons bezoek aan de bekende, Parijse woonbeurs MAISON&OBJET vielen we voor een nieuwkomer met aaibaarheidsfactor honderd: de dierentrend.   

Wilde je vroeger een speels element toevoegen aan je interieur, dan verfde je een muur in een kleur. Leuk, maar ondertussen hebben we die accentmuur wel gezien. Op zoek naar een nieuwere manier om voor een glimlach in huis te zorgen? Simpel. Gewoon een diertje toevoegen. Niet alleen spreekt een afbeelding van een dier ons, mensen, meteen aan, het geeft het interieur ook extra karakter. Jouw karakter, bovendien: want de keuze voor een bepaalde dierenafbeelding is heel erg persoonlijk.

Ook een beestig accent in huis halen? Een paar tips!

  • Houd je in. De dierentrend zorgt voor een stijlvolle, speelse noot in je interieur. Tenzij je overdrijft. Haal je te veel dierenaccessoires in huis, dan wordt het al snel akelig of kinderachtig. Zoals vaak is de regel: less is more. Vrolijk je sofa op met een dierenkussen of een plaid, maar niet met allebei. Houd het op één dierenaccent per kamer.
  • Sferen mengen werkt niet. In de ene hoek van de kamer een olifant en in de andere een konijn? Liever niet. Wil je toch twee dierenaccenten – bijvoorbeeld twee kussens in de sofa – zorg er dan voor dat je dieren ‘thematisch gezien’ bij elkaar horen. Dus: of uit de jungle, of uit het bos. Om het geheel rustig te houden, combineer je met een paar effen kussens.
  • Niet de huid, wel het dier. Dierenhuiden zijn dan misschien een trend in de modewereld, in ons interieur ogen ze al snel goedkoop. Kies dus niet voor de zebrastrepen of luipaardvlekken, maar voor mooie dierenprints die het dier in zijn geheel afbeelden.